De Riethorst in Ede dreigt haar deuren te moeten sluiten. De GGZ-organisatie die specialistische zorg biedt voor doven en slechthorenden met psychische problemen, draait al sinds 2013 verlies. Ondanks protesten van medewerkers en overleg met verschillende instanties, lijkt een oplossing nog niet in zicht.

Door een verandering in het vergoedingssysteem, wordt alleen nog de behandeling van patiënten vergoedt, niet de extra zorg die daarbij komt kijken omdat het om doven en slechthorenden gaat. Medewerkers van onder andere de Gelderhorst – een ander instelling voor doven en slechthorenden in Ede – voerden afgelopen dinsdag actie tegen de op handen zijnde sluiting. Daarbij werden gesprekken gevoerd met onder andere de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), Pro Persona (waar de Riethorst onder valt) en het betrokken ministerie.

Het wrange aan de situatie is dat er volgens onderzoek van de NZa wel extra geld beschikbaar is, maar dat het huidige systeem geen ruimte laat voor uitzonderingen. Ondanks dit gegeven en de acties van medewerkers, kwam het tijdens de gesprekken niet tot een oplossing. 'Als iedereen vasthoudt aan zijn eigen stukje binnen de huidige regelgeving, kom je niet vooruit', aldus Edo de Vries, directeur van Pro Persona in een interview met omroep Ede tv.

De toekomst voor psychische hulp
In Nederland zijn er momenteel drie instanties die specialistische zorg aan doven en slechthorenden geven: De Riethorst (Pro Persona) in Ede, Lentis in Groningen en GGMD. GGMD heeft onlangs een financiële regeling getroffen met de overheid, omdat ook zij financiële problemen had.

Eerder leek de Riethorst de problemen het hoofd te kunnen bieden maar dat lijkt nu dus toch niet het geval. Momenteel is het niet duidelijk hoe het verder moet en er zijn kamervragen gesteld. Mocht er geen oplossing komen, dan zal de afdeling van de Riethorst moeten sluiten.

Brief aan de minister
Deze situatie zagen de belangenorganisaties Fodok en Dovenschap al eerder aankomen. Afgelopen zomer uitten ze in de brief aan de minister Schippers van VWS hun zorgen over het voortbestaan van de GGZ voor doven en slechthorenden. Ze riepen de minister met klem op om deze hulpvoorziening te behouden. Het in stand houden van deze specialistische zorg zal financieel minder bedragen dan de maatschappelijke en persoonlijke kosten die er zijn als de GGZ voor doven en slechthorenden daadwerkelijk verdwijnt.

Financiën
De manier van vergoeden aan GGZ-instellingen voor doven en slechthorenden is per 1 januari 2013 gewijzigd. Tot die tijd kregen zij een budget vanuit twee verschillende regelingen. Per 1 januari 2013 kwam een van deze regelingen te vervallen. Dat had financieel gevolgen. Vooral bij GGMD was dat te merken. Bij de Riethorst en Lentis had dat minder invloed omdat zij onderdeel zijn van organisaties die ook aan horende mensen hun dienstverleningen aanbieden. Na onderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bleek dat de financiële situatie bij GGMD goed te verklaren was en heeft het ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aangeboden om in 2013 en 2014 een financiële bijdrage te leveren. De zorgen van Fodok en Dovenschap zijn ontstaan nadat de NZa adviseerde om na 2014 te stoppen met de financiële aanvulling voor specialistische zorg. GGMD zou hierdoor de werkzaamheden binnen de GGZ moeten staken.

Reactie van de minister
In oktober liet minister Schippers in een brief aan de belangenorganisaties weten dat zij specialistische geestelijke gezondheidszorg onderschrijft en dat zorgverzekeraars verplicht zijn om deze zorg te vergoeden. Als blijkt dat een GGZ-instelling voor doven en slechthorenden niet voldoende heeft aan de normale vergoeding, dan mogen zij in overleg met de verzekering tien procent meer declareren. De minister geeft aan dat zij verwacht dat dit voldoende ruimte biedt om deze vorm van zorg te kunnen financieren. In de brief komt de minister terug op de financiële ondersteuning die wellicht weg gaat vallen. De afbouw van dit budget vanaf 2015 zal niet gelden voor het gedeelte dat alleen wordt gebruikt voor (doventolk-)zorg bij instellingen die voor het merendeel dove en slechthorende cliënten heeft. Toch zal minister Schippers de zorgen die de belangenorganisaties hebben, meenemen in de verdere gedachtegang over de toekomstige budgettering van de GGZ voor doven en slechthorenden.